Het leek Ruben Dieleman interessant om een briefwisseling met onze alfa-wetenschappelijke evenknie TCS op te zetten onder het mom van ‘ken uzelve, ken de ander’. Wie weet zouden we nog wat van elkaar kunnen leren. Het eerste deel uit de correspondentie staat hieronder. De onderstaande brieven verschenen eerder in Alalos, het contactblad van studievereniging Alias. Lees hier Deel II en Deel III.

Beste Anita,

De studies Liberal Arts and Sciences en Taal- en Cultuurstudies zijn verwanten. Onze studietrajecten zitten voor een groot deel hetzelfde in elkaar en we worden allemaal doodgegooid met het toverwoord ‘interdisciplinariteit’. Ik vroeg me af: wat hebben we eigenlijk echt gemeenschappelijk? Zouden we van elkaar kunnen leren dan wel afkijken, als studenten? Tijd voor een verkenningstocht.

Vaak is het voorgekomen dat ik als ‘bijvakker’ in een vakwerkgroep werd gegooid met veel TCS’ers. LAS en TCS? Da’s voor docenten van andere studies toch maar één pot nat. “Ze kunnen niet kiezen en hebben vaak een grote bek”, zo werd tussen neus en lippen door wel eens gezegd. Is dat wat ons bindt? Wat is fictie, wat is feit?

Zoveel TCS’ers ken ik persoonlijk niet, uitspraken over het algemene karakter of de doorsnee houding van de studenten kan ik daarom eigenlijk niet doen. Maar het valt me op dat de TCS’ers met wie ik aanraking kom bij vakken als Eigentijdse Geschiedenis, Algemene Inleiding Literatuurwetenschap en Basiscursus Historisch Onderzoek behoorlijk serieus met de studie bezig zijn, misschien serieuzer nog dan studenten Liberal Arts and Sciences doorgaans. Die ‘brede blik’ die zo wordt gepropageerd in ons beider curriculum zie ik echter vaker terug bij LAS’ers; ze zijn wat opener en breder geïnteresseerd, lijkt het.

Dan is er de voor jullie verplichte stage, wat een groot voordeel kan zijn als je je al bezighoudt met je kansen later op de arbeidsmarkt. LAS-studenten maken zich daar meestal niet zoveel zorgen om – wat we misschien wel zouden moeten gaan doen. Bij LAS bestaat de mogelijkheid voor een stage sinds kort, slechts een enkeling heeft daarvan tot nu toe nog gebruik gemaakt. Wat zijn de grote voordelen of nadelen aan jouw studie?

Voor zover ik daarover kan oordelen hebben LAS-studenten vooral hun nieuwsgierigheid, reislustigheid en feestbeestachtigheid als gemeenschappelijke karakteristieken. Studenten zitten vaak zo over de universiteit verspreid dat ze elkaar in extreme gevallen een jaar lang niet tegen zouden hoeven komen. Hoewel we als LAS’ers verplicht met z’n allen drie dan wel vier zogenaamde kernvakken moeten halen en er een min of meer vaste groep mensen is die elkaar actiever opzoekt ondanks hun verschillende hoofdrichtingen, zou de algemene sociale samenhang binnen LAS best wat sterker kunnen. Hoe zit dat bij TCS?

Met vriendelijke groet,
Ruben

———————————————————————————-
Beste Ruben,

Het is inderdaad waar dat onze studies vaak in één adem genoemd worden, zowel door docenten als door studenten en zeker door middelbare scholieren die nog bezig zijn met hun studiekeuze. Dat is naar mijn mening onterecht. Ondanks de vele overeenkomsten zijn er zeker ook verschillen.

De reputatie van studenten LAS en TCS hebben we inderdaad wel gemeen: “zij kunnen niet kiezen”, zegt men over ons. En dat terwijl wij juist geconfronteerd worden met meer keuzes dan studenten van andere studies. Ik denk dat daarin, in het foutieve beeld dat anderen van ons hebben, ook een groot deel van de binding tussen TCS- en LAS-studenten zit.

Zelf zit ik dit blok eigenlijk alleen bij het vak Toren van Babel samen met LAS’ers. En dat is nog alleen tijdens de hoorcolleges ook; de werkgroepen zijn per studie ingedeeld. Tijdens de hoorcolleges zijn de LAS-studenten overigens niet of nauwelijks te onderscheiden van de TCS-studenten.

De verplichte stage is inderdaad een groot voordeel van Taal- en Cultuurstudies. Hoewel het voor mij nog erg ver weg is en ik er nog helemaal niet mee bezig ben, denk ik dat het heel verstandig is dat die stage verplicht is. Zelfs mensen die er geen zin in hebben, doen op deze manier toch de nodige ervaring op. Aangezien de stage niet verplicht is voor jullie en naar ik begrijp niet veel mensen een stage doen, wat doen jullie dan in plaats daarvan? Hebben jullie verplichtingen die wij niet hebben?

De binding binnen TCS is groot, groter dan ik zou verwachten van een dergelijke studie. Onze studievereniging Alias verzorgt een groot aantal activiteiten, feesten en weekenden waarbij wij als TCS’ers de mogelijkheid hebben om bij te praten met andere TCS-studenten die we lang niet meer hebben gesproken of gezien, waardoor de kans veel kleiner is dat we elkaar voor langere tijd uit het oog verliezen. Bovendien is de houding van TCS’ers open en vriendelijk, omdat de meeste studenten ieder blok weer nieuwe vakken kiezen en dus bij nieuwe mensen terechtkomen.

Uiteraard houden de TCS’ers van feesten en reizen, en ditzelfde geldt voor de nieuwsgierigheid; zonder een gezonde dosis nieuwsgierigheid is een studie als TCS of LAS denk ik niet eens leuk!

Met vriendelijke groet,
Anita

0